ZOELEN
ZOELEN, gem. in de Neder-Betuwe, prov. Gelderland, distr. Nijmegen, arr. en kant. Tiel (6 k. d., 24 m. k., 9 s, d.); palende N. O. aan de gem. Maurik, O. aan Lienden, Z. O. aan de Linge, die haar van de gem. Tiel scheidt, Z. aan Wadenoijen , waarvan zij almede door de Linge gescheiden is, N. W. aan Buren.
(Bron: van der AA, Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden, 1845)
Beschrijving |
Afbeelding |
De nog houten Zoelensebrug rond 1928 met op de achtergrond de Nederlands Hervormde Kerk. | |
Een ‘paardenpad’, dit was een smal gedeelte in het midden van de weg dat met klinkers bestraat was voor de paarden. De zijkanten waren met grind verhard voor de wielen van de karren. | |
Een dragline voor de aanleg van de Zilverbrug over het Amsterdam Rijnkanaal, op de achtergrond is nog net de toren van Zoelen te zien. Deze Zilverbrug is eindjaren 70 bij de verbreding van het kanaal weer afgebroken en vervangen door de Rooijensteinsebrug. | |
De boerderij Rooijenstein, die later vanwege de verbreding van het Amsterdam-Rijnkanaal moest worden afgebroken. | |
Het ‘tarief of ordonnantie van het veer of bruggeld’ uit 1827 wat betaald moest worden wanneer de Zoelensebrug gepasseerd werd. | |